‘Elektrisch rijden’ is in alle opzichten hot. Figuurlijk, gezien het feit dat het aantal elektrisch aangedreven intern transporttrucks al jaren toeneemt en er meer bruikbare energieconcepten komen voor elektrische hef- en magazijntrucks. Maar ook letterlijk; bij kortsluiting kun je immers lelijk je vingers branden. In deze blog zetten we enkele feiten en praktische tips op een rijtje.
Op de openbare weg kom je ze steeds vaker tegen: elektrische voertuigen. In het magazijn en op de productievloer voert ‘elektrisch’ al langer de boventoon. Logisch, elektrotrucks zijn immers schoon en stil. En dat sluit naadloos aan bij het toenemende milieu- en energiebewustzijn van bedrijven.
Nieuwe, slimme energieconcepten, zoals lithium-ion accu’s, brandstofcellen en hybride trucks, doen hier nog een schepje bovenop. De alternatieven zijn milieuvriendelijker en bieden bovendien voordelen waar je in de dagelijkse praktijk profijt van hebt. Zo kan de opgewekte energie beter worden benut, of kan het laadproces worden versneld. Vooralsnog blijft de conventionele loodzuur batterij echter het populairst.
Volop spanning
Zo’n loodzuur accu is niet alleen figuurlijk hot. Zeker als er niet correct wordt geladen en gewisseld, kan het ook letterlijk (te) warm worden. Slim en zorgvuldig omgaan met batterijen en laders voorkomt ernstige risico’s.
Een tractiebatterij heeft weliswaar een voltage van 'slechts' 24, 48, 72, 80 of 96 Volt. Dat is beduidend lager dan de 230 Volt die thuis uit het stopcontact komt. Maar voor een flinke optater is er – naast spanning – ook stroom nodig. En die is bij een hef- of magazijntruck juist behoorlijk hoger dan thuis. Waar de stroomsterkte thuis meestal maar 16 Ampère is, ligt deze bij een ogenschijnlijk licht heftruckje met een 24V batterij al gauw boven de 700 Ampère. Bij een 80V batterij met 500 Ampère is het al helemaal oppassen geblazen. Vermogen is immers Volt x Ampère. En tussen de batterij en de truck zit – in tegenstelling tot thuis in de meterkast – geen zekering. Bij kortsluiting wordt de stroom dus niet automatisch onderbroken.
Explosief en zuur
Bovendien kan er tijdens het laden van de batterij knalgas ontstaan. Dit gas is uiterst explosief en heeft maar een klein vonkje nodig om voor catastrofale gevolgen te zorgen. Roken boven de batterij wordt niet voor niets met klem afgeraden. En dat geldt ook voor zelf aangesloten radio’s of lampen, met ‘aftap op de batterij’. Dat kunnen letterlijk ‘killers’ zijn. Ook kettinkjes, armbandjes en gereedschappen zijn potentiële kortsluiters, die tijdens het wisselen van de batterij of het bijvullen van de cellen nooit in aanraking mogen komen met de batterijpolen.
En dan is er nog het agressieve elektrolyt, accuzuur in de volksmond. Met zijn hoge zuurgraad kan het lelijk op de huid branden en kleren ruïneren.
Beschermende kleding, zoals een zuurbestendig schort, een veiligheidsbril en handschoenen zijn dan ook onmisbaar wanneer er aan de batterij wordt gewerkt. Evenals een oogdouche en/of steriel oogspoelwater.
Tussendoor bijtanken
En er zijn meer zaken waarop gelet dient te worden, zoals tussenladingen. Voor de levensduur van een loodzuur batterij is het belangrijk dat de accu tot 20 procent restvermogen is ontladen voordat hij weer aan de lader gaat. Te vroeg laden heeft een negatief effect op de levensduur. Tussenladingen worden dan ook afgeraden.
Voor modernere, accu’s, zoals lithium-ion, Nikkel Cadmium, of gelbatterijen, kan een extra laadstation, bijvoorbeeld bij de kantine, wel degelijk handig zijn. Het scheelt een stuk lopen voor de chauffeurs en tijdverlies voor de werkgever. Bovendien kan het laden tijdens het half uurtje pauze, net dat beetje energie opleveren om de dagtaak te halen. Uiteraard moet ook bij deze batterijen altijd een passende lader worden gebruikt.
Gratis veiligheidsposter
De genoemde en andere tips zijn samengevat in één, duidelijke en overzichtelijke veiligheidsposter over batterij en lader op A0 formaat. De poster is gratis en kan hier worden aangevraagd:
Mens blijft bepalend bij veilig werken
Het spreekt voor zich, dat het laden zelf altijd op de juiste wijze moet gebeuren. Want al voldoet een acculaadruimte aan álle (bouw)technische eisen, en is aan alle voorzorgsmaatregelen gedacht, dan nóg is een veilig laadproces niet gewaarborgd. De belangrijkste factor is en blijft de mens. Als die niet beschikt over de juiste kennis, zit een ongeluk in een klein hoekje. Daarom tot slot nog even de juiste handelingen voor het aansluiten (en afkoppelen) van de batterij aan de lader:
Aansluiten aan de lader
- Verwijder de contactsleutel en trek de handrem aan
- Ontkoppel de batterij
- Controleer het elektrolyt
- Zorg ervoor dat de ontluchtingsopeningen van de truck open zijn
- Controleer of de isolatie van de kabels in orde is
- Koppel de batterij aan de lader
- De lader zal automatisch gaan laden
- Controleer of de lader goed functioneert
Afkoppelen van lader
- Controleer of het laadproces is voltooid
- Let op overmatige gasvorming
- Meld versleten batterijen onmiddellijk
- Schakel de lader uit d.m.v. de pauze- of stopknop
- Koppel de lader af van de batterij
- Hang de kabels van de lader zorgvuldig weg
- Controleer of het contact uit staat
- Koppel de batterij aan de truck
